Image
Groot strategisch offensief in de Stille Oceaan
Foto: Official White House Photo by Pete Souza
Groot strategisch offensief in de Stille Oceaan
10 minuten

In november 2011 deed de Amerikaanse president Obama een rondreis door Azië. Tijdens een topontmoeting, bijgewoond door de internationale pers, schudden Obama en de Chinese leider Hu Jintao elkaar breed lachend de hand, maar deze vertoning kon de achterliggende vijandigheid en concurrentie tussen beide landen niet toedekken.In het tijdschrift ‘Foreign Policy’ verklaarde de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton dat de 21e eeuw, de eeuw van het Amerikaanse optreden in de Stille Oceaan zou worden. Ze verkondigde ook dat de VS de komende jaren diplomatiek, economisch, strategisch en vooral militair in deze Aziatische regio zal investeren. De ‘Washinton Times’ meldde dan weer dat het Pentagon een speciaal militair concept ontwikkeld heeft dat volgens Léon Panetta, de Amerikaanse minister van Defensie, een grotere militaire aanwezigheid in de Aziatisch-Pacifische regio tot gevolg zal hebben. Maar deze plannen voor een Amrikaanse militaire opbouw in de Stille Oceaan botsen uiteraard op heel wat weerstand van China dat zich bedreigd voelt. De doctrine van de 'vreedzame verrijzenis', ingevoerd door president Hu Jintao in 2002, is in de praktijk al op een zijspoor geraakt. Tussen 2005 en 2010 verdubbelde het militair budget van China.

Weliswaar ligt de Verenigde Staten militair-technologisch nog mijlenver voorop op China, maar met een uitgebreid moderniseringsprogramma en een verhoging van zijn defensiecapaciteit wil Peking zo snel mogelijk zijn achterstand verkleinen. Het doel is de absolute Amerikaanse dominantie in de Aziatische wateren en regio tegen te gaan. China is volop bezig met het ontwikkelen van hoogtechnologische wapens. In het begin van 2011 kon men op het Chinese internet berichten lezen en foto’s zien van een pas ontwikkelde bommenwerper met stealth-technologie (d.w.z. extreem moeilijk te detecteren door radars). Er circuleerden ook foto's van een hightech gevechtsvliegtuig genaamd J-20 op de startbaan van het ontwikkelingsinstituut van Chengchu. Deze publicaties staan in schril contrast met de gebruikelijke geheimhouding van Peking rond bewapening. Een ander Chinees project zorgt voor lichte ongerustheid in Washington: de ontwikkeling van een nieuw raketsysteem tegen marineschepen. Deze op land opgestelde ballistische middellange-afstandsraket van het Donfeng 21-D type, kan door satellieten gestuurd worden en biedt de mogelijkheid om vijandige vliegdekschepen en andere marineboten aan te vallen. Het eerste Chinese vliegdekschip keerde na een testvaart in augustus 2011 veilig terug naar zijn thuishaven Dalian. Het voormalige Sovjet-vliegdekschip, genaamd 'Varyag', werd aangekocht door Peking in 1998 van Oekraïne. China spendeerde jaren aan de volledig restauratie van het schip en rustte het uit met de modernste navigatiesystemen en technologie. Na de testvaart in augustus moest het vliegdekschip nog verder afgewerkt worden, maar in december 2011 werd het eindproduct door satellieten gespot in de Gele Zee. Volgens sommige mediaberichten is China van plan om in de komende jaren een hele vloot van vliegdekschepen uit te bouwen. Voorlopig is de Verenigde Staten heer en meester over de wereldzeeën, maar China gelooft dat het de krachtsverhoudingen in het Westen van de Stille Oceaan met een sterke vloot grondig zou kunnen wijzigen. China heeft een kustlijn van meer dan 14.000 km lang en voelt zich bedreigd door de plannen van de VS om zich meer te manifesteren in de regio. Bovendien is China verwikkeld in een aantal conflicten rond een half dozijn eilanden, onder andere met Vietnam en Taiwan over de Spratly en Paracel-eilanden, een keten van koraalriffen in de nabijheid van belangrijke scheepsroutes, waarvan men sterk vermoedt dat er olie en gas te vinden is. Vanuit Chinees standpunt zijn er dus redenen genoeg om de maritieme militaire slagkracht te vergroten. De Chinese maritieme strijdkrachten beschikken reeds over een groeiende vloot, gevechtsvliegtuigen en onderzeeërs uitgerust met kruisraketten. Experts schatten het aantal Chinese onderzeeërs die nucleaire wapens kunnen dragen op 10, maar men vermoedt dat er nog meer in aanbouw zijn. Het totale Chinese kernwapenarsenaal wordt geschat op ongeveer 240 kernkoppen (4de grootste arsenaal ter wereld). De ruggengraat van de strategische kernwapenmacht bestaat uit ballistische raketten, waarvan men vermoedt dat er een 20-tal het VS-territorium kunnen bereiken (Alaska en Hawaï). Ongeveer 300 doelwitten in Japan, Zuid-Korea, India en Rusland liggen ook in de actieradius van deze raketten. Experts voorspellen dat de Chinese strategische raketten tegen 2015 mobiel zullen zijn. China beschikt naar verluidt ook over meer dan 400 ballistische korte-afstandsraketten, die met tactische kernkoppen uitgerust kunnen worden. De Chinese wapenwedloop beperkt zich niet tot onze aardbol. De aandacht gaat ook uit naar de ruimte. In januari 2007 lanceerde Peking met succes een raket om een in ongebruik gestelde Chinese 'Feng Yun-1C' weersatelliet te vernietigen. Het was een geslaagde anti-satellietraket test. Alleen Rusland en de Verenigde Staten beschikten tot dan toe over zulke anti-satellietwapens en de operatie zorgde dan ook voor de nodige commotie. De Hong-kongse krant 'Ming Pao Daily' rapporteerde dat China ondertussen een vliegtuig getest heeft dat buiten het aardse luchtruim kan stijgen. Dit lijkt op het Amerikaanse ruimtevliegtuig X-37B, een potentieel gevechtsvliegtuig voor in de ruimte dat satellieten en ruimtestations kan vernietigen. Op termijn wil China een eigen ruimtestation. Een belangrijke test hiervoor was de lancering op 31 oktober 2011 van de onbemande ruimtecapsule 'Shenzou 8' vanuit de lanceerbasis van Jiuquan. De ruimtecapsule koppelde zich tot tweemaal toe automatisch en met succes aan de kosmosmodule 'Tiangoing 1', die sinds september 2011 rond onze aarde cirkelt. Daarmee is China na Rusland en de VS het derde land dat erin slaagt om een dergelijk manoeuvre uit te voeren. De wapenwedloop in de ruimte draait duidelijk op volle toeren, zelfs al heeft Peking nog heel wat in te halen.

Groter VS-engagement

De recente tournee van VS-president Obama door de Aziatisch-Pacifische regio maakte de Chinese leiders behoorlijk zenuwachtig. Obama deed herhaaldelijk uitspraken die de heroriëntering van het Amerikaans buitenlands beleid op deze regio bevestigden. Op een persconferentie in de Australische hoofdstad Canberra verklaarde Obama dat er Amerikaanse mariniers gestationeerd zullen worden in het Noorden van Australië (in Darwin). Hij had het ook over het geplande intensievere gebruik van het Australische luchtruim en de marinebasissen. Dit is de eerste Amerikaanse militaire expansie in de Aziatisch-Pacifische regio sinds het einde van de Vietnam-oorlog in 1975. In een speech gericht aan het Australische parlement expliciteerde hij de verschuiving van het Amerikaans buitenlands beleid richting Azië: “De Verenigde Staten wil zijn aandacht vestigen op het enorme potentieel van de Aziatisch-Pacifische regio”. Hij verklaarde verder dat hij de “weloverwogen en strategische beslissing” had genomen dat “de Verenigde Staten, als een Stille Oceaan-natie, een grotere en lange-termijn rol zal spelen in het vormen van de regio en van haar toekomst”. Deze beleidswijziging richting Azië is natuurlijk geen recente ingeving van Obama, maar spruit voort uit de diepgaande verschuivingen het laatste decennium in de mondiale economie. China is daarbij uitgegroeid tot een absolute supermacht en een bedreiging voor de Amerikaanse economische en bij uitbreiding politieke hegemonie. De economische expansie van China is nauw gerelateerd aan een gigantische herstructurering van de productieprocessen na de Aziatische financiële crisis van 1997 en 1998. De Oost-Aziatische en Zuidoost-Aziatische economieën integreerden zich met aanvoerkanalen gebaseerd op productie in China. Tussen 2000 en 2010 sprong de jaarlijkse Chinese handel met de Associatie van Zuidoost-Aziatische Naties (ASEAN) van 39,4 miljard dollar naar 292,8 miljard dollar. Deze economische successen weerspiegelden zich in allerlei regionale handelsovereenkomsten en China's groeiende invloed op de regionale fora zoals bijvoorbeeld ASEAN en de Oost-Aziatische Top (EAS) - allemaal samenkomsten waar de VS niets in de pap te brokken had. De Obama-administratie was niet zo gelukkig met deze situatie. Toen Obama aan de macht kwam waren er onmiddellijk plannen om meer invloed en controle te proberen verwerven op de economisch dynamische Aziatisch-Pacifische regio en om de groeiende macht van China aan banden te leggen. Hij werd echter ingehuldigd als Amerikaans president (januari 2009) te midden van de zware economische crisis van 2008-2009 en zag zich verplicht om verschillende keren naar Peking af te zakken om de leiders daar te gaan smeken om meer VS-obligaties op te kopen, zodat zijn land aan broodnodig geld zou geraken. Deze fase is ondertussen voorbij en het oorspronkelijke beleid ten opzichte van Azië staat weer stevig op de agenda. Obama ondertekende sindsdien een Verdrag van Vriendschap en Coöperatie met ASEAN, waardoor de VS toegang kreeg tot de aan ASEAN gerelateerde fora. Daar liet Amerika zich onmiddellijk opmerken. In 2010 verklaarde Hillary Clinton op een ASEAN-bijeenkomst dat de regionale conflicten in de Zuid-Chinese Zee van “nationaal belang” zijn voor de Verenigde Staten. De Chinese minister van Buitenlandse Zaken Yang Jiechi noemde Clinton's verklaringen “een aanval op China”. Op de Oost-Azië Top in Indonesië (Bali) van november 2011 -de VS was toen pas officieel toegetreden tot deze jaarlijkse vergadering- sprokkelde Obama de steun van de Zuidoost-Aziatische landen bij elkaar om een discussie te forceren over de betwiste wateren (en de eilanden erin) van de Zuid-Chinese Zee. In 2010 koos de Verenigde Staten nog expliciet de kant van Japan toen dit land in een conflict verwikkeld geraakte met China omdat het de kapitein van een Chinese vissersboot had opgepakt die zich in de betwiste wateren had gewaagd en daar tegen een Japans patrouilleschip was gebotst. Washington verklaarde vrij provocatief dat: “de VS verdragsrechtelijk verplicht zou zijn om Japan te steunen in gelijk welk conflict”.

Bondgenoten

De laatste 2 jaren heeft Washington haar strategische en militaire banden in de Aziatische Stille Oceaan-regio aanzienlijk versterkt, in het bijzonder met Japan, India en Australië. Het heeft oorlogsschepen bezorgd aan de Filipijnen, ondernam gezamenlijke militaire oefeningen met Vietnam (voor het eerst in de geschiedenis), stationeerde een nieuwe generatie oorlogschepen in Singapore, kondigde een enorme wapenlevering naar Taiwan aan en hief het verbod op VS-samenwerking met Indonesië's beruchte Kopassus-troepen op. Deze speciale legereenheid bestaat al sinds 1952 en heeft een hele resem mensenrechtenschendingen op haar palmares staan (in Oost-Timer, Aceh, Papua en de Indonesische hoofdstad Jakarta). De focus van de Verenigde Staten in Azië -net zoals in het Midden-Oosten- ligt vooral op het versterken van de militaire positie, maar ook diplomatiek worden er inspanningen geleverd om de banden met de bestaande bondgenoten in de regio op te krikken. Daarbovenop probeert de VS ook actief landen uit de Chinese invloedssfeer los te weken. Een mooi voorbeeld daarvan is Myanmar. Als eerste hoge VS-functionaris in 50 jaar tijd bracht minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton eind november 2011 een historisch bezoek aan het land (beter bekend onder zijn vroegere naam Birma). Officieel had dit bezoek alles van doen met het aanmoedigen van democratische hervormingen, maar Washington streeft zeker ook naar het verslappen van de grote invloed van China op dit land, dat pal op een strategisch kruispunt in Azië ligt en bovendien propvol natuurlijke rijkdommen zit. En daarmee komen we dan bij de verschillende economische inspanningen van de VS in de regio. Een voorbeeld daarvan is het initiatief dat Obama eind 2011 lanceerde op de 'Asia-Pacific Economic Cooperation'-top (APEC) in Honolulu (Hawaii). Hij stelde er voor om het Trans-Pacifisch Partnerschap, een regionaal vrijhandelspact, verder uit te breiden. Een domper voor China want concurrentie voor de vrijhandelszone die het land plande in het kader van ASEAN+3 (ASEAN-leden plus China, Japan en Zuid-Korea).

Besluit

De VS speelt met zijn recente militaire, diplomatieke en economische offensief in de Aziatisch-Pacifische regio (alweer) een gevaarlijk spelletje. De stuwende kracht er achter is de relatieve economische achteruitgang van het Amerikaans imperialisme en de scherpe opkomst van China. De indrukwekkende cijfers rond economische groei in China verhinderen echter niet dat het land fel geplaagd wordt door sociale en economische contradicties (o.a. enorme welvaartskloof, de explosieve ontwikkeling van de Chinese arbeidersklasse,...). Het roekeloos en ostentatief tentoonspreiden van militaire macht door de Verenigde Staten moet de eigen economische verzwakking compenseren in een poging om de mondiale dominantie te behouden. De rijzende spanning tussen de twee landen werd nog eens versterkt door de globale economische crisis. Peking is er zich ten zeerste van bewust dat het Amerikaanse offensief in de regio volledig gericht is op het verwerven van meer controle over de internationale scheepvaartroutes, waarvan China afhankelijk is voor de massale aanvoer van energie en grondstoffen vanuit Afrika en het Midden-Oosten. Vooral de Straat van Malacca is daarbij een gouden poort. Het vormt de levenslijn voor China wat de aanvoer van olie betreft. Darwin, de noordelijke Australische stad waar de VS de aangekondigde ontplooiing van mariniers zal stationeren, ligt zeer geriefelijk vlakbij de Straat van Malacca en de internationale zeevaartroutes in de Indische Oceaan. De strategie van de Obama-administratie in Azië versterkt de nationalistische en oorlogsgezinde fracties in Peking. Zo verklaarde Song Xiaojun, een prominent Chinees strategisch analist, dat de Chinese strategische nucleaire wapens gericht moesten worden op Australië nu dat land overduidelijk de kant van de VS gekozen heeft door militaire havens en luchthavens ter beschikking te stellen van het Amerikaans leger. Het opborrelen van zulke redeneringen toont de onbesuisdheid aan van Obama's beleid en aanpak.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.