Image
Libië: chaos en geweld duren voort
Foto: Mbi3000 on wikipedia
Libië: chaos en geweld duren voort
Artikel
3 minuten

De aanslag op het VS-consulaat in Benghazi die tot de dood leidde van ambassadeur Chris Stevens en drie medewerkers en de daarop volgende aanvallen tegen diplomatieke posten in Jemen, Egypte en Tunesië zijn symptomatisch voor de moeilijke politieke veranderingen van de Arabische lente die niet zomaar het pad volgt van de democratisering. In de VS en Europa ruimt de euforie geleidelijk aan plaats voor ongerustheid over de politieke impact van de radicale moslims.

Het anti-westerse geweld is veel minder het gevolg van een anti-islamfilm die via youtube is verspreid, dan wel van oprispingen van decennialange frustraties en ongenoegens over de als westers imperialistische gepercipieerde politiek. Dat is niet zonder grond. De VS en Europa aarzelden niet om eerst de autoritaire regimes te steunen en te bewapenen, om vervolgens de kant te kiezen van de opstandelingen tegen diezelfde regimes. Andere voedingsbodems zijn de oorlog tegen Irak, het onvermogen van president Obama om de Israëlische bezettingspolitiek een halt toe te roepen, de aanhoudende oorlog in Afghanistan en de groeiende anti-islamretoriek in de westerse politieke salons. Dit alles ent zich op een sociaal-economische context die grote lagen van de bevolking in de armoede heeft geduwd.

Gewapende milities regeren

De recente aanslag in Libië zorgt in westerse hoofdsteden voor een extra wrang bijsmaakje. Fracties van de voormalige opstandelingen die gretig genoten van de NAVO-steun lijken zich nu tegen het westerse kamp te keren. In het land vormden diplomatieke posten dit jaar al meermaals een doelwit. Twee maanden na de verkiezingen is het centrale gezag er nog altijd niet in geslaagd om de rust in het land te herstellen. De milities geraken maar niet ontwapend en blijven recht en orde uitspreken. Ze houden naar schatting nog altijd 5000 mensen vast zonder formele aanklacht of garantie op een eerlijke rechtsgang en ondergaan folteringen en mishandelingen. Mensenrechtenschendingen worden bovendien wettelijk mogelijk gemaakt. Wet 38 verleent amnestie voor elke handeling die 'noodzakelijk' was om de revolutie van 17 februari succesvol te laten verlopen of te beschermen. De wet die begin mei werd ingevoerd door de Nationale Overgangsraad (NTC) installeert volgens een Libische advocatenorganisatie een “cultuur van straffeloosheid” voor mensenrechtenschendingen en oorlogsmisdaden.

De ontbinding van de milities is voorzien, maar verloopt moeizaam of is onbestaande. In Misrata alleen zouden er nog 40.000 militiestrijders opereren. Omdat het centraal gezag zo zwak is, moet het beroep doen op gewapende milities die formeel geïntegreerd zijn in officiële veiligheidsstructuren, maar in werkelijkheid semi-autonoom opereren met een officieel petje op.

Verkiezingen niet zo democratisch

Sinds de verkiezingen, die uitgelopen zijn op een overwinning van het Verbond van Nationale Krachten, is het land officieel een democratie. Het Verbond van Nationale Krachten wordt in de pers omschreven als 'liberaal' of 'gematigd', hoewel leider Mahmoud Jibril een oudgediende is van het Khaddafi-regime waarvoor hij in de laatste jaren een privatiserings- en liberaliseringsprogramma heeft geleid. Hij is lang niet de enige die zijn politieke sporen onder Khadaffi heeft verdiend.

De verkiezingen gingen gepaard met veel geweld. In de oostelijke regio's werden kiesbureaus aangevallen uit onvrede over de zetelverdeling die nadelig uitviel voor  het olierijke oosten (Cyrenaica). Dat zorgde voor ongenoegen in de oostelijke 'hoofdstad' Benghazi dat zich als de bakermat van de revolutie ziet, maar nu de belangrijkste plaats is geworden van anti-westerse geweld. In Kufra in het zuiden van het land, verhinderden zware gevechten met tientallen doden en gewonden, dat mensen konden gaan stemmen.

Ook werden kandidaten van de electorale verrichtingen geweerd als die het Khaddafi-regime 'verheerlijken'. Op basis van dergelijke bepalingen haalde de electorale kiescommissie 150 kandidaten van de lijsten. Daarnaast is er de wet 37 over de 'Criminalisering van de verheerlijking van de Tiran' die bepaalt dat het verspreiden van propaganda die schade berokkent aan het land bestraft wordt met levenslange gevangenisstraf. De wet kwam in binnen- en buitenland onmiddellijk onder vuur te liggen omdat hij de vrije meningsuiting ernstig zou aantasten. Hoewel het Libische Hooggerechtshof deze zomer oordeelde dat Wet 37 in strijd is met de grondwettelijke verklaring van de NTC en een aantasting betekent van de vrije meningsuiting, verandert in de praktijk weinig.


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Land

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.