Image
Mijn European Voluntary Service in Palestina
Mijn European Voluntary Service in Palestina
Artikel
4 minuten

Palestina, daar wilde ik naartoe. Na het verslinden van een stapel boeken en het maken van een inleefreis besefte ik dat ik het conflict pas echt zou begrijpen als ik het aan den lijven zou ondervinden. Bijgevolg vertrok ik in oktober 2012 met de hulp van Vrede vzw naar Palestina om zes maanden vrijwilligerswerk te doen in het kader van the European Voluntary Service.

De eerste anderhalve maand woonde en werkte ik in de oude stad in Hebron. De oude stad ligt in wat men noemt ‘H2’, het gedeelte van Hebron dat onder Israelische militaire controle valt. Hier wonen ongeveer 500 Israëlische kolonisten die vergezeld worden van een 1200-tal soldaten. De impact van hun aanwezigheid op het leven van de 30 000 Palestijnse inwoners ondervond ik al snel.

Eén van de eerste avonden bij mijn gastfamilie werden we verrast door onze overburen, de kolonisten van Avrahim Avinu. Zij gooiden vanuit hun huis een emmer vuil water door onze openstaande venster. Dit keer viel de schade mee: een natte slaapkamer en wat tumult. Toen de rust was teruggekeerd, vertelde Fatima –de vrouw des huizes- me dat het er soms wel anders aan toe gaat. Een paar jaar geleden, Fatima was toen hoogzwanger, ontplofte er een geluidsbom  in hun huis. Als gevolg van de shock verloor ze haar ongeboren baby. 

Hebron Rehabilitation Committee, de organisatie waarbij ik vrijwilligerswerk deed, probeert de oude stad te doen herleven. Dit doen ze door leegstaande huizen in de oude stad te renoveren zodat ze terug bewoond kunnen worden door Palestijnse families en het cultureel erfgoed niet verloren gaat. Ook streven ze ernaar om de levensomstandigheden van de bewoners in de oude stad te verbeteren. Op deze manier bieden ze een tegenwicht aan de Israelische kolonies.

Na anderhalve maand verhuisde ik naar Birzeit, een dorp nabij Ramallah. Het contrast tussen Hebron’s soldaten en Birzeit’s olijfbomen kon bijna niet groter zijn. Maar die rust bleek relatief toen twee dagen na mijn aankomst in Birzeit Ahmed Jabari,een topman van Hamas, in Gaza vermoord werd door een luchtaanval van het Israëlische leger. Hamas reageerde met raketaanvallen op Israël en dit was het startsein van een elf dagen durende Israëlische aanval op Gaza. Spanning hing in de lucht, iedereen zat voor zijn televisie gekluisterd en Palestijnse demonstraties nabij checkpoints in de West Bank werden door Israël beantwoord met traangas en schoten. 

Intussen startte ik mijn vrijwilligerswerk bij the Palestinian Circus School. Deze school organiseert circuslessen voor kinderen en jongeren in Birzeit, Ramallah, Hebron, Jenin en het vluchtelingenkamp in El Faraa. Ze werken ook aan voorstellingen waarmee ze door Palestina en Europa toeren. Ik hielp hen op hun kantoor en werkte samen met Lisa Tahon aan een documentaire over het leven van vijf studenten van de circusschool. Eén van de meisjes in de film is de vijftienjarige Rwaida. Zij vertelde me dat ze in Hebron geen enkele plaats heeft waar ze gewoon kan spelen, behalve in de circusschool. Daarom kijkt ze telkens uit naar de circusles op zaterdag en droomt ze er van om circustrainer te worden. Een teaser van de film ‘Upside Down’ met daarin o.a. Rwaida kan je hier bekijken: http://vimeo.com/61955612

De trainers en studenten van de circusschool hebben me enorm veel geleerd over het dagelijks leven in Palestina, de diversiteit binnen de samenleving en hoe de bezetting doordringt tot zelfs in circusvoorstellingen toe.  Ik zal bijvoorbeeld nooit de dag vergeten waarop we met de voorstelling ‘Kol Saber!’ naar Jeruzalem trokken. Om daar te kunnen optreden, hadden de Palestijnen die in de West Bank wonen toelating nodig van Israël. Ala’a, de technieker, kreeg geen toelating om naar Jeruzalem te gaan, waardoor we het met een paar helpende handen minder moesten stellen. Mohammad kreeg voor het eerst in zijn leven wel de toestemming. Voor de voorstelling trokken we dus Jeruzalem in om de Al-Aqsa moskee te bezoeken. Het feit dat ik mijn Palestijnse vriend de weg moest wijzen in zijn eigen hoofdstad, was een bevreemdende ervaring die mij weer eens confronteerde met de absurditeit die het dagelijks leven in Palestina tekent.

Na zes maanden is Palestina voor mij meer geworden dan louter een conflictgebied. Palestina staat nu gelijk aan gezichten. Gezichten van ensen die lachen, dansen, leven, liefhebben en circus doen. Op vrolijke avonden vergeten we de bezetting en dansen we samen. Dan lijken we allemaal gelijk. Tot er eentje een litteken op zijn been laat zien. In 2002 was hij tien en werd hij neergeschoten. In 2002 was ik dertien en fietste ik naar school. 

Foto's: copyright: Mustafa Kol Saber


Iets fouts of onduidelijks gezien op deze pagina? Laat het ons weten!

Nieuwsbrief

Schrijf je in op onze digitale nieuwsbrief.